Vanaf half april tot eind mei direct op de bestemde plaats. Men zaait in rijen of breedwerpig. Geeft uw tuin een verscheidenheid aan bloemen met vele nuances in roze. Ze hebben een grote aantrekkingskracht voor vlinders.

Vanaf half april tot eind mei direct op de de bestemde plaats. Men zaait in rijen of breedwerpig. Geeft uw tuin vele bloemen met nuances in oranje. Ze hebben een grote aantrekkingskracht op vlinders en bijen

Zinnia’s worden niet graag verplant en dus is het beter ze eind april tot eind juni op de plaats van bestemming te zaaien. Zeer geschikt voor balkons potten, schalen, enz.. Houdt van de zon.

Zeer bekende eenjarige droogbloem in diverse pasteltinten. Hoogte 60 cm. zaaien: onder glas vanaf half maart of later rechtstreeks in volle grond. Bloeit: ca. 6 weken na uitzaai.

Kanariekers kan direct op de plaats van bestemming worden gezaaid vanaf half maart tot eind mei. Deze klimmer vraagt een zonnige standplaats en is zeer geschikt voor arme en schrale gronden.

Oost-Indische Kers kan direct op de plaats van bestemming worden gezaaid vanaf half maart tot eind juni. Sterke plant, gemakkelijk te kweken; voor perken, randen en grote bloembakken. Bloeit langdurig.

Oost-Indische Kers kan direct op de plaats van bestemming worden gezaaid vanaf half maart tot einde mei. Sterke plant, gemakkelijk te kweken; voor perken, randen en grote bloembakken. Bloeit langdurig.

Oost-Indische Kers kan direct op de plaats van bestemming worden gezaaid vanaf half maart tot half juni. Sterke plant, gemakkelijk te kweken; voor perken, randen en grote bloembakken. Bloeit langdurig.

Oost-Indische Kers kan direct op de plaats van bestemming worden gezaaid vanaf half maart tot einde mei. Sterke klimplant en bodembedekker. Niet te veel bemesten anders krijgt men een te sterke bladgroei, waardoor de bloemen schuilgaan.

Half maart-half april onder glas of half april tot eind mei buiten op zaaibed; 5/6 weken na de uitzaai uitplanten. Ideaal te gebruiken voor randjes, rotstuinen, maar óók in potten of schalen, etc.

Eénjarig, enorm attractief en imposant. Mengsel van witte, violetblauwe en karmijnroze tinten. zaaien : januari tot half april in de serre bij 20 à 25°C. Uitplanten na 15 mei in vollegrond. Hoogte 60 cm.

Bloeit met extra grote bloemen met een groen hart. De bloemblaadjes verlopen van licht- naar goudgeel. Hoogte 70 à 80 cm.

Een zeer bijzondere éénjarige en compacte soort met gemengde kleuren. De bloei is overweldigend en houdt lang aan. Hoogte 35 cm.

Eénjarig. Knappe kleurenmengeling met bruine tot purperkleurige vlekken. zaaien : in vollegrond of onder glas en in mei uitplanten. Geschikt als bodembedekker rond vijvers of andere vochtige plaatsen. Hoogte 35 cm.

Vanaf februari tot half april in kweekbakje bij ca. 20°C, of vanaf begin april tot mei onder 'koud' glas. Begin mei buiten uitplanten. De plantjes éénmaal verspenen bevordert een compakte groeiwijze.

Vanaf februari tot half april in kweekbakje bij ca. 20°C, of vanaf begin april tot mei onder 'koud' glas. Begin mei buiten uitplanten. Ook zeer geschikt voor hanging baskets en bloembakken. Eén keer verspenen is aan te bevelen.

Eenjarige lage lupine in gemengde kleuren. Hoogte 40 cm. zaaien: rechtstreeks in volle grond vanaf april tot eind mei, iets uitdunnen. Bloeit: vanaf eind juni.

Eénjarig roodbloeiend vlas. Zodra de zaadbolletjes gevormd zijn kunnen de planten ook gedroogd worden. Hoogte 40 cm.

Half maart tot half april onder glas of half april tot half mei buiten op zaaibed; 5/6 weken na de uitzaai uitplanten. Snij de bloemen vóór de volle bloei en hang ze op een donkere plaats te drogen met de bloemen naar beneden.

Half maart tot half april onder glas of half april tot half juni buiten op zaaibed; 5/6 weken na de uitzaai uitplanten. Door ‘toppen’ bevordert men de lengte van de talloze zijstengels. Ook mooi als eenjarige haag.

Half maart-half april onder glas of half april tot eind mei buiten op regels en uitdunnen op ca. 15 cm. Zeer gewild voor groepsbeplanting, in de border en als snijbloem in gemengde boeketten.

Half maart-half april onder glas of half april tot eind mei buiten op regels en uitdunnen op ca. 15 cm. Zeer gewild voor groepsbeplanting, in de border en als snijbloem in gemengde boeketten.

Een geliefde plant voor bijen en vlinders, éénjarig en zeer gemakkelijk op te kweken. zaaien: april/mei. Bloeit: juli/september. blauw / 40 cm.

Eénjarig, in sommige winters overblijvend. Zaaien in januari bij 18 à 21°C (niet hoger). Kiemtijd ca. 3 weken. Bloeit vanaf juni met oranjerode buisvormige bloemen. Geschikt als patioplant en als tuinplant. Regelmatig bemesten. Hoogte 35 cm.

Sierlijke gestekelde vruchten, die na schillen ook eetbaar zijn. Kan maandenlang worden bewaard. Groen gevlamd, naar oranje overgaand in rijpere toestand. 8 à 10 vruchten per plant. Langs draad opkweken bij voorkeur onder glas of tegen een zonnige muur.

Vanaf eind april tot half juni in de vollegrond op zaaibed en uitplanten in een vruchtbare grond.
Een mengsel van gele, oranje, groene en witte Patisson, die tot de familie van de Courgette/Zucchini behoren. Prima geschikt om te vullen.

Half maart tot half april onder glas of half april tot half mei buiten op zaaibed; 5/6 weken na de uitzaai uitplanten. Zeer mooi in perken en borders maar ook prima voor de snij. Dahlia’s houden van een goed doorlatende grond.

Zéér geliefde feloranje minipompoen. Mooi vruchtvlees, ideaal voor pompoentaart. Geroosterde pitten zijn zéér lekker.

Half maart tot half april onder glas of half april tot half mei buiten op zaaibed; 5/6 weken na de uitzaai uitplanten. De siervruchten langzaam laten drogen. Zeer geliefd bij het bloemschikken en het maken van decoraties.

Half maart tot half april onder glas of half april tot half mei buiten op zaaibed; 5/6 weken na de uitzaai uitplanten. De siervruchten langzaam laten drogen. Zeer geliefd bij het bloemschikken en het maken van decoraties.

Half maart tot half april onder glas of half april tot half mei buiten op zaaibed; 5/6 weken na de uitzaai uitplanten. De siervruchten langzaam laten drogen. Zeer geliefd bij het bloemschikken en het maken van decoraties.

Lang en rijkelijk bloeiende soort, ideaal voor perken en borders. Gaat van oranjegeel over in oranjerood. Hoogte 60 cm.

Prima perkplant, ook zeer mooi in grote potten en tevens leuke snijbloem. Zaaien: half maart tot half april onder glas of half april tot eind mei buiten op zaaibed; 5/6 weken na de uitzaai uitplanten.

Vanaf eind april tot half juni in de vollegrond op zaaibed en uitplanten in een vruchtbare grond.
Cucuzi is een lang lichtgroen gourd-type. De Cucuzi moet worden geschild en in plakjes gesneden. Voor het verkrijgen van tal van recepten bezoek dan de site “www.recipezaar.com” en zoek op Italian Cucuzza.

Vanaf half maart bij 20°C onder glas en half mei uitplanten. Bloeit vanaf juni. Asarina, ook wel het Leeuwenmuiltje genoemd, dankt deze naam aan
de opvallende vorm van de bloemen. Bloeit rijk en onafgebroken tot de eerste vorst. Bekend als klimplant, maar tegenwoordig ook veel te zien in hanging baskets.

Half maart-half april onder glas of half april tot eind mei buiten op zaaibed; 5/6 weken na de uitzaai uitplanten. Prachtige borderplant en tevens uitstekende snijbloem. Wordt druk bevlogen door vlinders.

Aantasting door aaltjes verzwakt de plant of doet ze zelfs afsterven. Deze tagetes bezitten een werkzame stof die aangetaste gronden ontsmet.
Hoogte: tot 30cm.

Wikke brengt stikstof in de grond, verlucht en maakt de grond los. Het ondergespitte gewas verrijkt de grond. Zaaien: juli/augustus. Hoogte 30 à 40 cm.

Blauwe lupine is een snelgroeiende eenjarige vlinderbloemige en wortelt diep. Veel gebruikt om het stikstof gehalte in de grond te verhogen. Hoogte ongeveer 80cm. Lupine kan gezaaid worden vanaf begin april tot half augustus. Regelafstand is 35cm. Planten zijn zeer vorst gevoelig.

Rogge kan als groenbemester, voedergewas en/of voor bodembedekking worden geteeld. Winterrogge kan laat worden gezaaid en is niet vorstgevoelig. Het gewas is zeer geschikt als groenbemester na gewassen die laat het veld ruimen. Het geeft een vrij snelle en goede grondbedekking en een zeer goede doorworteling van de bouwvoor. Rogge wordt vooral op zand- en dalgrond geteeld (zowel als graan als groenbemester) maar doet het ook prima op zavel- en kleigronden. Natte- en slempgevoelige percelen zijn minder geschikt voor roggeteelt. Winterrogge wordt ook gebruikt voor het vastleggen van de grond op stuifgevoelige gronden o.a. in de Veenkoloniën. Per 100 m2 is 1,5 kg nodig.

Indien de Mosterd in het voorjaar wordt gezaaid geeft het in de zomer kleine gele bloemen. De plant heeft een penwortel en kan de grond vrij diep doorwortelen. Als groenbemester kan men het beste in augustus-september zaaien. Grond voor het zaaien goed los maken. Regelafstand is 20cm en de zaaidiepte is circa 2cm. Om het doorspitten te vergemakkelijken moet men eerst het gewas maaien. Mosterd neemt gemakkelijk stikstof op en dit, na het doorspitten, weer snel vrij geeft voor een volgend gewas.

Witte klaver is een voedergewas en een grondverbeteraar en is geschikt voor alle grondsoorten, mits pH minimaal 4.5 is. Zeer diepgaande wortels, wat voor een goede doorluchting van de grond zorgt. Verder is witte klaver een zeer goede stikstofbinder. Witte klaver wordt druk bezocht door bijen.
Zaaitijd: maart tot juli. Zaai-diepte: 1-1,5cm.

VerhogRode klaver is een vlinderbloemige en geschikt voor alle grondsoorten. Het is een wat grovere klaver met stevig opgaande stengels, grote bladeren en diepgaande wortels, waardoor bodemstructuur goed kan herstellen. Rode klaver is een zeer productieve groenbemester, wanneer ondergespit, aangezien deze heel veel verse massa oplevert.
Zaaitijd: maart-juli. Zaaidiepte: 1-1,5cm.en, na inwerking in de grond, het stikstofgehalte
Rode klaver is een vlinderbloemige en geschikt voor alle grondsoorten. Het is een wat grovere klaver met stevig opgaande stengels, grote bladeren en diepgaande wortels, waardoor bodemstructuur goed kan herstellen. Rode klaver is een zeer productieve groenbemester, wanneer ondergespit, aangezien deze heel veel verse massa oplevert.
Zaaitijd: maart-juli. Zaaidiepte: 1-1,5cm.

Eénjarig. Braakliggende percelen kunnen met Phacelia ingezaaid worden. Zaaien rechtstreeks in vollegrond, niet uitdunnen. De breedvertakte wortels van de Phacelia maken de grond los en goed doorlaatbaar. Bloeit rijkelijk en is een belangrijke voedselbron voor bijen. Kan na 3 maanden ingewerkt worden, bij voorkeur in het najaar.

Een kegelvormige groenkraag. Sterk tegen schieten. Hoge opbrengst. Droge stofgehalte 16%. Per hectare is 15 kg nodig. Regelafstand is 50 cm, in de regel 15 cm. Meerkiemig zaad.

Ovaal, cylindrisch, oranje Barres type. Sterk tegen schieten. Droge stofgehalte 12%. Per hectare is 15 kg nodig. Regelafstand is 50 cm, in de regel 15 cm. Meerkiemig zaad.

Verbeterde "VEENSE''. Rijkdragend met lange, goedsmakende draadloze peulen. Ook bij iets latere pluk zijn de peulen nog mals. één van de allervroegste stoksnijbonen.

Zéér grove dikke boon, hoofdzakelijk gebruikt in tomatensoepen, maar in de moderne keuken ook veel met lamsvlees klaar gemaakt.

Spaanse pronkboon met opvallende rode bloei. Wordt vaak als klimmende sierplant gebruikt. De 30 à 40 cm lange peulen zijn goed eetbaar als snijboon of in stukjes gesneden in jong stadium.